Lando Norris leek bij de start van de Dutch Grand Prix beter weg te komen dan zijn teamgenoot Oscar Piastri, maar een foutje kostte hem meteen terrein. Daarmee werd hij een makkelijke prooi voor Max Verstappen, die op de softs vol in de aanval ging.
Voorafgaand aan het weekend stond Norris negen punten achter Piastri in het kampioenschap. Bij de start in Zandvoort kwam de Brit beter weg, maar een foutje bij het opschakelen gooide roet in het eten. “Mijn start was eigenlijk best goed, maar ik had een slechte opschakeling naar de derde versnelling. Daardoor verloor ik mijn momentum. Anders had ik denk ik een iets betere start gehad dan Oscar. Ik zat aan de binnenkant en kon niet echt naar links. Oscar ging wijd, waardoor ik alsnog aan de binnenkant kon komen”, zegt Norris tegenover onder meer GPblog.
Die situatie gaf Verstappen de kans om aan te vallen. Op softs zette de Nederlander een gewaagde move in waarbij hij zelfs met twee wielen naast de baan belandde, maar toch zijn Red Bull onder controle hield. Norris had het al zien aankomen. “Zodra ik hoorde dat Max op de softs startte, wist ik dat er een grote kans was dat hij me zou inhalen. Ik wist dat Max het in bocht 2 zou proberen. Het scheelde weinig”, vertelde hij.
Toch maakte Norris zich geen zorgen. Net zoals Verstappen zich ervan bewust was dat hij de veel snellere McLaren nooit achter zich zou kunnen houden, wist Norris dat ook. “Ik wist dat mijn tempo veel sterker zou zijn, dus ik had er verder niets over te vrezen”, aldus de Brit.
In ronde 65 sloeg echter het noodlot toe: door een technisch probleem moest Norris zijn McLaren aan de kant zetten. Daardoor liep zijn achterstand op Oscar Piastri in het kampioenschap op naar 34 punten. Norris zegt dat dit de druk groter maakt, maar dat het hem tegelijk meer vrijheid geeft. “Het maakt het alleen maar moeilijker en zet me onder meer druk. Maar het gat is nu groot genoeg dat ik het los kan laten en er gewoon voor kan gaan”, besluit hij.