Cynici zouden zeggen dat Toto Wolff (Mercedes) en Christian Horner van Red Bull Racing het een keer eens. Althans, ze zijn het eens dat ze het oneens zijn. Ditmaal is het onderwerp het gewicht van de F1-auto’s in 2026.
Sommige teams hebben laten weten dat het ongelooflijk moeilijk zal zijn om volgend jaar überhaupt in de buurt van het minimumgewicht te komen. De verwachting is dat er daardoor flinke verschillen qua gewicht van hun bolides gaan zijn, wat vanzelfsprekend zijn uitwerking gaat hebben op de performance van de auto’s.
Tijdens de persconferentie voor teampersoneel werden Wolff en Horner gevraagd naar het onderwerp en vervolgens ontspon zich een dialoog - precies zoals de wereld die van het duo gewoon is.
Horner: “Natuurlijk zijn Toto en ik het hierover oneens.”
Wolff: “Al een paar jaar.”
Horner: "Ja, ik ben dol op de nieuwe look. Ik ben dol op de nieuwe look."
Oliver Oakes, de teambaas van Alpine en ook aanwezig: “Ik ben hier neutraal, zoals Zwitserland.”
Horner: “Precies. Er is zomaar een getal gekozen voor het gewicht van de auto. We hebben motoren die aanzienlijk zwaarder zijn en een auto die lichter is geworden. Het zal dus een enorme uitdaging zijn voor elk team om dat [gewicht] te bereiken.”
“Gewichtsbesparing kost enorm veel geld. Er was vorige week een discussie over de introductie van stalen skids – misschien zou dat rechtvaardigen dat er 5 kilo aan het minimumgewicht wordt toegevoegd. Maar het is wat het is. Het is voor iedereen hetzelfde. Er zullen door teams keuzes gemaakt moeten worden om het gewicht te bereiken, want gewicht is rondetijd. Elke 10 kilo is ongeveer 0,35 seconde. Het zal voor alle teams een grote uitdaging zijn om het minimumgewicht te halen.”
Wolff: “Zoals Christian al zei, je maakt keuzes als team. Hoeveel rondetijd schrijf je toe aan gewicht en ballast? Waar wil je op besparen? Je kunt andere zaken die voor de performance zorgen in gevaar brengen als je gewicht wilt besparen, of juist niet. Het is een uitdaging.”
“De reden dat we dit doen, is om de auto's wendbaarder te maken. Was dat belangrijk? Ik denk het wel. We moeten ergens beginnen. Die eerste stap is moeilijk, maar dat geldt voor iedereen.”
Oakes: “Ik zit in het midden. Ik ben neutraal. Ik ben gelukkig.”